Een handleiding voor de moderne rundveehouderij

Die met de nodige kennis en praktijk ervaring de ecologische en economische uitdagingen van de toekomst aangaat.

Embryo Transplantatie

Enkel een optimaal gezonde veestapel kan maximaal rendement geven.

Het basisprincipe geldt voor elke fokkerij:
Enkel een optimaal gezonde veestapel kan maximaal rendement geven.

Algemeen E.T.-advies

De vruchtbaarheid weerspiegelt de gezondheidstoestand van de veestapel.

De gezondheid van de dieren wordt door verschillende factoren bepaald of beïnvloed. Van al deze factoren moet de bedrijfsleider een minimum aan kennis hebben om tot een optimaal beheer of management van zijn onderneming te kunnen komen . Een aantal zaken met directe invloed op de bedrijfsvruchtbaarheid zijn o.a.:

  • Kennis en ervaring van de bedrijfsleider en/of zijn medewerkers ivm voortplanting en vruchtbaarheidsproblematiek
  • Preventieve gezondheidszorg
    • Parasietenbestrijding
    • Vaccinatieprogramma's
  • Voeding en voederwinning
  • Huisvesting

 

Om bij embryotransplantie tot goede resultaten te komen is het noodzakelijk dat men aan deze punten voldoende aandacht besteedt.

Een goede verzorging van de veestapel, met routinebehandelingen zoals vaccinatie en parasietenbestrijding maakt rundvee houden arbeidsintensief. Een zorgvuldig uitgevoerd embryotransplantatie-programma brengt extra arbeid mee. Nochtans is een goede planning en organisatie ook hier reeds het halve werk. Een en ander kan eventueel gecombineerd worden. Een degelijke installatie en voorzieningen om de dieren vlot en snel te kunnen behandelen zijn uiteraard meer dan welkom, en mogen in feite op een modern rundveebedrijf niet ontbreken . Vooral die installaties die een belangrijke tijdwinst opleveren zijn van levensbelang! Time is money !

Vangbox (vaste of mobiele) met of zonder vanggang en / of behandelingsbox, drijfgangen van de weide naar het bedrijf, automatische bindingen of zelfsluitende vanghekkens zijn hulpmiddelen die het werk aanzienlijk kunnen verlichten. Indien dergelijke installaties goed gebouwd en geplaatst zijn laten zij toe om vee gemakkelijk, veilig en snel te verhandelen. Koeien vangen met behulp van een touw hoort op een modern bedrijf niet thuis.( = tijd verlies, en gevaarlijk)

Indien men niet over zelfsluitende vanghekkens beschikt, dan worden behandelingen (vaccinaties, ontworming, huidparasietenbestrijding, drachtdiagnose, enz.) vaak uitgesteld of zelfs helemaal niet uitgevoerd.

Bij nieuwbouw of renovatie is het uiteraard belangrijk hieraan vooraf voldoende planning en aandacht te besteden. Bij gebrek aan mankracht om dieren uit een weide te halen, kan een eenvoudig lang touw of beter nog een schrikdraadlint een probaat hulpmiddel zijn. De hulp van een goede herdershond (vb. Border Collie) kan eveneens van pas komen. Tijdens de weideperiode regelmatig een kleine hoeveelheid krachtvoeder verstrekken buiten de behandelingstijdstippen kan een rustige en vlotte omgang met de dieren sterk verbeteren.

Toepassingen

E.T. wordt gebruikt voor:

  • de vervanging van minderwaardig fokvee door hoogwaardige en productieve dieren en dit in èèn generatie tijd.(inkomstenstijging!!)
  • de productie van vleesvee uit het ondereind van de melkveestapel
  • de productie van vleesvee uit de volledige melkveestapel
  • het op niveau houden van de top-fokbedrijven
  • de aanschaf van top-genetica via embryo’s aan een redelijke prijs
  • wereldwijd - of lokaal transport van genetisch hoogwaardig fokmateriaal met minimale transportkosten
  • de aanschaf van topgenetica via embryo’s met minimaal ziekte-insleep risico
  • een snelle productie van proefstieren uit de topkoeien (stiermoeders) van het ras bij fokprogramma's
  • omschakeling naar een ander rundveeras in één generatie tijd, zonder aankoop van dieren
  • het heropstarten van een bedrijf na uitzuivering voor een besmettelijke dierziekten (brucellose, tuberculose, leukose, BSE, M&K Z...)
  • de aanleg van een embryo-voorraad van het bedrijf, als bescherming van het genetisch potentieel in geval van uitbraak van een besmettelijke dierziekte

De ontvangsters of receptoren

Enkele aspecten van de ontvangsterdieren die een invloed hebben op het ET-drachtigheidsresultaat.

Ras invloed

Bij embryotransplantatie worden de beste resultaten verkregen met vaarzen uit de verschillende melkrassen of tweeledige rassen: Holstein ; Rood-bont ; Zwart-bont; Normandische, enz... die minstens twee keer bronstig gezien zijn. Deze rassen zijn vroeg rijp en goed vruchtbaar . Vleesrassen zijn doorgaans minder vruchtbaar. vb:Belgisch Wit-Blauw en Maine-Anjou Franse vleessrassen, zoals Limousin, Charolais en Blond Aquitaine hebben door hun extensieve fokkerij nog een min of meer seizoen gebonden vruchtbaarheid (zomerperiode). Deze dieren zijn vaak laat rijp en moeilijker hanteerbaar. In de winterperiode zijn ze dikwijls in anoestrus fase (eierstok-activiteit ligt stil). Kruisingsproducten (melkvee x BWB) zijn doorgaans goed bruikbaar en vooral interressant op uitsluitend vleesvee bedrijf. Gekalfde koeien kunnen ook gebruikt worden indien voldoende lang gekalfd. (+- 3 maand) De resultaten liggen doorgaans toch lager dan bij vaarzen.

Conditie

Enkel dieren in goede gezondheidstoestand, kunnen optimaal vruchtbaar zijn. Een degelijke parasitaire behandeling en/of ziektepreventie is aangewezen. Gedurende de eerste twee maanden van de dracht zijn medicamenteuse behandelingen evenwel tegenaangewezen. Er dient dan ook vooraf een planning voor dergelijke behandelingen opgesteld te worden. Vaccinaties (BVD; IBR) dienen eveneens vooraf en tijdig te gebeuren. (Cfr. entadvies) Gebruik geen levend vaccin bij drachtige dieren. Dieren met vruchtbaarheidsproblemen komen absoluut niet in aanmerking voor ET.

Voeding

(voor meer info, ga naar de rubriek: VOEDING)

Er is een duidelijk verband tussen conditie en bronstig worden. Dieren met een goede conditiescore zijn het best vruchtbaar. Voeding van zowel donor als ontvangsters moet evenwichtig zijn en op de norm. Beste resultaten worden verkregen met een voeding waarbij de conditie (lichaamsgewicht) lichtjes toeneemt. De energie / eiwit verhouding en volume van het rantsoen moet zoveel mogelijk op de behoefte van de dieren afgestemd zijn. Rantsoenberekening baseren op analyses van de ruwvoeders. Naargelang het seizoen is dit makkelijker of moeilijker te verwezelijken. Zoveel mogelijk voeders van goede kwaliteit gebruiken. Hoge cijfers in de voederanalyse resultaten zijn niet altijd synoniem voor goede kwaliteit. Vermijd overbemesting van voedergewassen en grasland. Vooral in koude periodes heeft stikstof overmaat van het grasland een nefaste invloed op de vruchtbaarheid.

Drachtige ET-receptoren

Het is aangewezen om in de tweede helft van de dracht preventief te vaccineren tegen:

  • kalverdiarrhee ( Lactovac, Trivacton, ...)
  • enterotoxemie (Myloxan)

Bronstsynchronisatie bij ontvangsters

Bij embryotransplantatie wordt een bevruchte eicel van de ene koe (donor) overgebracht in de baarmoeder van een andere koe ( ontvangster). Hierbij moet de cyclus van beide dieren gelijk of synchroon verlopen. Anders gezegd: Het embryo wordt bij de donorkoe weggenomen 7 dagen na de bronst, de ontvangster moet dus ook op de dag van het inplanten, 7 dagen voordien bronstig geweest zijn. Belangrijk hierbij is uiteraard een goede, met zekerheid waargenomen tochtigheid (bronst) . Een grondige kennis en inzicht in dit onderdeel zijn dan ook vereist. Om ontvangsters op het gewenste ogenblik bronstig te hebben, nl. op hetzelfde tijdstip als de donorkoe of om in groep diepvries-embryo's in te planten, bestaan verschillende mogelijkheden tot synchroniseren.

  1. Natuurlijke bronst: indien men over een groot lot ontvangsters beschikt, kan men die dieren gebruiken welke toevallig op de gewenste (of +- zelfde) dag bronstig waren.
  2. Bronstig spuiten. Met prostaglandines kan men een rund met actieve ovaria in de tweede helft van de cyclus(vanaf dag 7) behandelen. Voorwaarde: er moet een actief geel lichaam aanwezig zijn. Gemiddeld 3 dagen na de inspuiting treedt bronst op. Voor het inplanten van verse embryo's (op de dag van de spoeling) komen deze ontvangsters in aanmerking, wiens cyclus ongeveer gelijk loopt met de cyclus van de donorkoe. Bronst 5 dagen voor tot 3 dagen na de donor. Deze ontvangsters krijgen tijdens het ET behandeling-schema,1 dag vroeger dan de donorkoe, prostaglandines toegediend. Er zijn meerdere merknamen op de markt: Dalmazin, Dinolytic ; Estrumate ; Prosolvin; Gabrostim ;...
  3. Intravaginale devices: Bevatten, evenals de oorinplant, progesteron en fungeren als het ware als kunstmatig geel lichaam.
    • Prid (spiraal) kan op elk ogenblik geplaatst worden, en blijft 8 à 14 dagen ter plaatse. Gemiddeld 2 dagen na verwijdering treedt bronst op. Voordeel: kan op elk ogenblik van de cyclus toegepast worden. Nadeel: Door zijn afmetingen moeilijk toepasbaar bij vaarzen; en geeft gemakkelijk een lichte lokale ontstekingsreactie .
    • Cidr ( T-model): Wereldwijd gebruik, maar nog steeds niet niet geregistreerd voor de Belgische markt. Voordeel: is kleiner en daardoor vlot te plaatsen, ook bij vaarzen. = Diervriendelijk en geeft zeer goede resultaten.

Bronstwaarneming: juiste tijdstip en intensiteit beïnvloeden ET resultaat. Meerdere malen daags de dieren gedurende minimum 1 kwartier observeren, en waarnemingen noteren.